Geschiedenis:

Op de website van de rasvereniging (GRCN) is de ontstaansgeschiedenis van de Golden Retriever te lezen. In 1835 hield Lord Tweedmouth gegevens bij van de honden die hebben bijgedragen aan het ontstaan van de Golden Retriever. De Golden Retriever is een van de zes retrievers (to retrieve = terugbrengen) die speciaal zijn gefokt voor het terugbrengen van geschoten wild. In 1932 kwamen de eerste Golden Retrievers naar Nederland, waar ze uitgroeiden tot een van de populairste rassen van dit moment.

Rasstandaard:

De rasstandaard is  hier te vinden.

Karakter:

Het bijzondere aan de Retriever is hun voorliefde voor water en aanleg om te apporteren. Het oorspronkelijke doel waarvoor Retrievers zijn gefokt, is nog steeds te zien in de hedendaagse honden. Dit maakt ze erg geschikt voor de jacht(hondensport) of speuren. Omdat Retrievers in het werkveld goed moesten samenwerken met hun voorjager, zijn het ook fijne huishonden die graag activiteiten met hun begeleider ondernemen. Ze staan bekend als zeer sociale, zachtaardige honden die intelligent en niet schrikachtig zijn. De werkaanleg van de Golden maakt dat ze over het algemeen het best tot hun recht komen in een actief gezin dat zowel aan hun lichamelijke als mentale behoeften kan voldoen. Vijf keer daags een ommetje is voor deze honden echt niet voldoende. Ze zijn vaak dol op kinderen, maar het is belangrijk dat zowel kinderen leren hoe ze met honden moeten omgaan als andersom. Het boekje Billy, onze vriend is een fijn boekje om samen met kinderen te lezen om de relatie tussen hond en kind goed op te kunnen bouwen.

Bij dit ras zijn er zowel werklijnen, showlijnen als dual-purpose gefokte honden. De honden uit de werklijnen zijn zeer geschikt voor het werken met een voorjager en hebben echt veel mentale uitdagingen nodig. Alleen als gezinshond zonder verdere uitdagingen gedijen ze niet goed. De honden uit de showlijnen zijn actief maar hebben over het algemeen iets minder mentale uitdagingen nodig. Dual-purpose gefokte Goldens zijn zowel geschikt voor werk als show en hebben dus zeker mentale uitdagingen nodig maar zijn ook heel geschikt als huishond.

Gezondheid:

Bij elk ras kunnen erfelijke aandoeningen voorkomen. Als je met een Golden Retriever wilt fokken via de rasvereniging (GRCN) dienen de ouderdieren getest te zijn op HD en ED, de ogen moeten onderzocht zijn en op het moment van de dekking een geldige uitslag hebben. De ooguitslag is een jaar geldig. Tevens moet een DNA-onderzoek voor PRA1, PRA2 en Ichthyosis zijn uitgevoerd. Verder kunnen er ook aandoeningen voorkomen waar niet op getest wordt (of kan worden). Hier kunt u meer lezen over voorkomende erfelijke aandoeningen.

Activiteiten:

Golden Retrievers zijn intelligente en actieve honden die naast lichamelijke beweging ook mentale uitdagingen nodig hebben om gelukkig te zijn.

Wandelen:

Pups mogen maar heel kort wandelen. Elke week mogen ze een minuutje langer wandelen. Dus als de pup 10 weken oud is, mag hij 10 minuten per dag wandelen. Dat is natuurlijk heel kort, til je pup dan ook naar het plekje waar hij even mag lopen. Voor langere stukken is een Doggyride bijvoorbeeld heel handig (neem eerst de tijd om de pup hieraan te laten wennen). Gewoon rustig wandelen is een prima activiteit voor pups en jonge honden, laat ze lekker snuffelen en rondkijken. Pups hebben de neiging om bij je in de buurt te blijven en kunnen dus op veilig terrein prima loslopen, anders aan een lange lijn van minimaal 3 meter, maar 5 of 10 meter lijnen kunnen ook heel fijn zijn (absoluut geen flexilijn en een lange lijn altijd aan een tuig, niet aan een halsband, om het lijf van de hond niet te beschadigen). Een y-tuig en een lijn van minimaal 3 meter werken het fijnst, zeker bij pups en jonge honden. Zo krijgen ze genoeg ruimte om de wereld op een veilige manier te ontdekken en leren ze niet dat trekken aan de lijn nodig is om ergens te komen. Zorg er dus zeker bij pups voor dat de lijn altijd slap is. Voor pups is de wereld ontdekken de eerste weken al genoeg, maar je kunt wel vast beginnen met het oefenen van hierkomen en meelopen zonder trekken. Na een paar weken kun je ook wat leuke activiteiten tijdens de wandeling gaan doen. Smeer wat lekkers aan een boom en laat de pup of jonge hond het eraf likken. Strooi wat lekkers in het hoge gras en laat hem het zoeken. Is de hond dol op een speeltje, verstop dat dan tijdens de wandeling en laat het zoeken. Samen bezig zijn tijdens de wandeling is super fijn. Volwassen Goldens zijn dol op lange wandelingen (dagelijks tussen de 1 à 2 uur ongeveer) en hebben zeker ook behoefte aan loslopen en regelmatig zwemmen naast hun uitlaatrondes. In totaal vijf keer uit per dag is voor volwassen honden meestal voldoende, maar pups moeten veel vaker even kort naar buiten om te plassen (zo’n beetje elke 2 uur, in ieder geval na slapen, spelen, eten, etc.).

Sociale wandelingen zijn erg goed voor honden om zo hun sociale vaardigheden te verbeteren en zelfvertrouwen te vergroten. Dit zijn wandelingen samen met sociaalvaardige honden (aan de lijn). Dit is niet altijd makkelijk zelf te organiseren, maar gelukkig zijn er steeds meer hondenscholen die dit soort wandelingen organiseren. Pups die boven op elkaar springen of volwassen honden die te lomp zijn met pups geven geen goede ervaringen en dienen dus voorkomen te worden. Als reutjes in de pubertijd zijn, hebben ze een verhoogd testosterongehalte, wat er soms voor zorgt dat ze door andere reuen vervelend benaderd worden. Probeer dus ook in die leeftijd leuke ontmoetingen met stabiele andere honden te plannen en probeer ontmoetingen die onvoorspelbaar kunnen verlopen te voorkomen.

Balans en Coördinatie:

Je lichaam vanuit vertrouwen en lichaamsbewustzijn kunnen bewegen vereist coördinatie, kracht, balans en flexibiliteit. Dit ligt aan de basis van balans- en coördinatietraining. Deze vaardigheden zijn niet alleen lichamelijk, maar ook mentaal. De oefeningen of uitdagingen hebben een grote impact op het mentale vlak bij honden. Kijk maar eens naar jezelf wanneer je een fysieke uitdaging aangaat, het mentale stuk speelt mee of het nou wel of niet meteen lukt. Door uitdagingen aan te gaan en meer vertrouwd te raken met hun lichaam ervaren honden een vergroting van hun zelfvertrouwen. De oefeningen bevorderen het lichaamsbewustzijn. Voor meer informatie zie  Sam Turner.

Jachttraining:

Gebruikmaken van de aanleg van een hond en zijn talenten laten gebruiken, dat is misschien wel het mooiste dat er is. Behalve dat het leuk is om samen in de natuur te zijn en te voldoen aan de lichamelijke en mentale behoeften van de hond, is het ook een enorme boost voor het zelfvertrouwen van de hond en het algeheel welbevinden. Jachthondentraining is de training waarin je de hond (en de begeleider/voorjager) leert om het werk na het schot uit te voeren. In deze trainingen zit behalve apporteerwerk ook een stuk gehoorzaamheid. Zwemmen, apporteren, zoeken, meelopen aan de lijn, hierkomen, op je plaats blijven, het hoort er allemaal bij. Meestal met dummy’s, maar ook met wild. Voor Retrievers is het een heerlijke manier om samen te werken. Let wel op dat als je deze superleuke sport op een hondenschool beoefent, de training uitsluitend positief en dus zonder straf wordt gegeven.

Apporteersport:

Deze sport lijkt op jachthondensport, maar is zonder wild.

Speuren:

Zweetwerk, mantrailing, detectie, reddingswerk, etc. zijn allemaal activiteiten waarbij de hond zijn neus mag gebruiken. Het werken met de neus is voor alle honden een super fijne mentale uitdaging die hen op het lijf geschreven is. Honden ruiken namelijk veel beter dan mensen, misschien wel 10.000 keer beter. Ze leven in een wereld vol geuren en wat is er leuker dan gebruikmaken van dit enorme talent? Het voordeel van een mentale uitdaging met de neus is dat de hond niet snel druk en gestrest zal worden, maar na het werk wel moe en voldaan zal zijn. Hele geschikte activiteiten dus, of je ze nu op een hondenschool/vereniging beoefent of er gewoon lekker zelf mee aan de slag gaat.

Andere activiteiten:

Gehoorzaamheid, behendigheid, hoopers, canicross, flyball, dogdance, dogfrisbee, etc. kunnen natuurlijk ook door de veelzijdige Golden worden beoefend, maar kijk wel goed of dit geschikt is voor jouw hond. Let op het stressniveau en de lichamelijke belasting, zeker bij honden onder de 2 jaar.

Let op:

Bij warm of juist erg koud weer of sneeuw is het belangrijk om verstandig om te gaan met activiteiten. Honden kunnen bijvoorbeeld slecht tegen warmte. Ze kunnen niet zweten en verliezen warmte alleen via hijgen en hun voetzooltjes. In een auto wordt het snel heet, laat daarom een hond nooit alleen in de auto (zelfs niet als het niet heel warm is). Ook activiteiten kunnen bij warm weer al snel te veel zijn. Als het erg warm is (boven de 23 graden), laat de hond dan heel vroeg uit en vermijd heet asfalt. Zoek de schaduw op en doe rustig aan. Een koelmat of een natte doek op de grond kunnen wat verlichting geven. Zwemmen is ook fijn, maar laat de hond vooral poedelen zonder dat de rug nat wordt. Fanatiek zwemmen kan ervoor zorgen dat honden het te warm krijgen en een natte rug kan in de warmte gaan broeien. Droog de rug van de hond dus goed af als deze nat is geworden.

Ontspanning:

Activiteiten zijn fantastisch en noodzakelijk voor Golden Retrievers, maar ontspanning en rust zijn net zo belangrijk. Plan bijvoorbeeld een vaste dag waarop je geen opdrachten (cue’s) geeft aan de hond, tenzij de veiligheid in het geding komt. Geef je hond een massage als hij dat fijn vindt, geef regelmatig wat te kluiven of te likken om te ontspannen, en zelfs graven kan ontspanning geven. Een fijne graafplek in de buurt zou heel fijn zijn.